Nieuw Kabinet bezuinigt fors op culturele sector: Btw-verhoging brengt amateurkunst in gevaar
Het onlangs gepubliceerde hoofdlijnenakkoord van het nieuw te vormen programkabinet bevat belangrijke bezuinigingen op de culturele sector, die jaarlijks meer dan een miljard euro moeten opleveren. De grootste verandering is de btw-verhoging op culturele diensten en goederen van 9% naar 21%, met uitzondering van bioscoopbezoek en dagrecreatie. Dit treft vooral de amateurkunstsector hard, zoals koren en orkesten, die meer btw moeten betalen voor hun professionele artiesten en hogere kosten hebben voor concertkaartjes. Deze sector, al getroffen door corona, inflatie en stijgende gasprijzen, kan hierdoor nog meer financiële problemen ondervinden.
Muziekverenigingen, vaak niet btw-plichtig, kunnen de betaalde btw niet terugvorderen, wat effectief een kostenstijging van 12% betekent. Deze extra lasten komen bovenop de eerdere tegenslagen en teruglopende financiering van bijvoorbeeld gemeentelijke fondsen. De btw-verhoging bedreigt de Fair Practice-initiatieven voor eerlijke betaling van professionele artistieke (bege)leiders in de amateurkunstsector en kan de bestaanszekerheid van vele professionals en amateurgroepen ondermijnen.
De hogere btw zal leiden tot hogere contributies voor leden, hogere toegangsprijzen voor cursussen en kunstprojecten, en een verschraling van het culturele aanbod. Het kabinet wordt daarom opgeroepen om cultuurbeoefening toegankelijk te houden voor alle Nederlanders en de cultuur-btw op 9% te handhaven.