Het jaar 2020 door de ogen van Geert Jan Kroon
Met componist, dirigent en euphoniumspeler Geert Jan Kroon blikken we terug op Covid-jaar 2020. Een jaar dat nog hoopvol begon met het Johan de Meij concert met Soli Brass Leeuwarden, de voorbereidingen voor de ZON tournee en een klus als jurylid bij het Federatiefestival van Dantumadeel. Maar ook met het schrijven van een NBK-werk: “In januari hadden we een overleg met het Repertoire Informatie Centrum, waar ik samen met de andere ‘NBK 2020-componisten’ feedback kreeg op onze werken. Een mooi leermoment! Zowel de inkijk in de keuken bij deze instantie, maar ook de feedback zelf was erg behulpzaam.”
Veel geleerd
In maart kwam het muziekleven stil te liggen tijdens de eerste lockdown. Wat was daarvan de impact op jouw muziekleven?
“Ja dat was een heftige overgang, de week ervoor had ik nog een prachtig concert met Flevo Brass samen met de Vocalgroep Lok en Lol, waar we Mother Earth bezongen en een week later lag alles stil. In eerste instantie verlamde het me enorm. Met name het thuis lesgeven van de kinderen had veel invloed op de componeerflow. Toch ben ik direct aan de slag gegaan voor mijn verenigingen om via YouTube materiaal te verspreiden en lessen aan te bieden. Ik heb dan ook veel geleerd in die periode. Zoals het opnemen van instrumenten en mixen en masteren. Daarnaast zocht ik uitdagingen door lessen te nemen bij euphoniumdocenten en door voor de eerste keer actief deel te nemen aan de Allan Withington Conducting Summer School, waar ik normaal altijd als muzikant het lijdend voorwerp ben.”
Pas op de plaats
Bijna alle evenementen zijn niet doorgegaan in 2020, waaronder het NBK, wat voor invloed heeft dat gehad?
“Het NBK was natuurlijk ontzettend jammer om te moeten missen. In de eerste plaats als muzikant, omdat je er elk jaar met veel plezier naar toewerkt. Maar nu was het extra zuur, omdat ik graag in de zaal naar de nieuwe werken had willen luisteren en heel benieuwd was naar de uitvoeringen van The Final Frontier. Laten we hopen dat we dit jaar wel weer een brassband feestje kunnen hebben in het najaar. Daarnaast zijn natuurlijk bijna alle optredens niet doorgegaan. Zoals mooie concerten die in voorbereiding waren, maar ook plannen die binnen de nieuwe regels verzonnen werden. Op zich ben ik heel dankbaar dat ik in september nog heb kunnen werken met mijn verenigingen. Als er een ding is dat ik enorm mis, dan is het wel het contact met de muzikanten, het samen naar iets toewerken en de blije gezichten als dingen beginnen te lopen.”
De vruchten
Sommigen hebben door de verplichte rustperiode veel kunnen componeren, hoe was dat voor jou?
“In eerste instantie viel m'n productie stil. Maar ik heb het NBK-werk goed kunnen afmaken. Daarna ben ik vooral dingen gaan arrangeren en opnemen en het resultaat daarvan is de single Sleep voor euphonium octet die ik samen met mijn sectiegenoot van Soli heb ingespeeld. Daar verschijnt in de komende maanden meer van. Voor die opnames heb ik PHunk geschreven: een duet voor euphonium en track. Daarnaast heb ik Red Prince Ouverture geschreven en een aantal stukken bewerkt voor fanfare en harmonie.”
We hebben ook de laatste weken van alles gelezen over een stuk genaamd Legend.
“Klopt, dat was een project dat ik mezelf echt heb opgelegd. Ik wilde niet weer vast komen te zitten met allemaal ideeën. Dus toen de tweede lockdown werd afgekondigd die in eerste instantie twee weken zou duren, heb ik me op een nieuw werk voor brassband gestort. De titel had ik al gekregen van mijn zoon, ik hoefde het alleen maar ‘even’ te schrijven. Dat is Legend of the Bleeding Eyeball and the Blind Werewolf geworden.”
Nieuwe kansen en netwerken
Gelukkig waren er niet alleen annuleringen. We zagen een nieuwe opdracht voorbij komen van de Swiss Army Brass Band?
“Dat is een mooi vooruitzicht. Ik heb nu een paar keer samengewerkt met deze band van het Zwitserse leger. De eerste keer speelden ze Dante’s Descent en daarna heb ik het werk Sleep well geschreven. Nu wilde dirigent Philipp Werlen een keer wat anders doen. Hij wilde iets ‘groots’ voor brassband begrippen en samen zijn we op het idee gekomen om een Requiem te maken. Hiervoor heb ik een tekst laten maken door Monique Bronkhorst waardoor ik nu met de Italiaanse, Duitse en Franse vertaling aan de slag kan. Dat gaat wel een heel interessant project worden. Gelukkig druppelen er alweer meer opdrachten binnen. Allemaal in afwachting van het moment dat we met zijn allen weer muziek mogen en kunnen maken natuurlijk!”