Artist Insights met Russell Gray

Onze Yamaha Artist Insights-serie is bedoeld om je nieuwe ideeën en benaderingen te geven om je te helpen je muzikale mogelijkheden te bereiken. Deze serie brengt je dichter bij de Yamaha-artiesten, geeft je toegang tot tips, trucs en ervaringen van professionele muzikanten over de hele wereld en is een hulpmiddel waar je altijd op terug kunt vallen. Vandaag met Russel Gray.

Persoonlijk oefenschema

Wij moeten door in een periode die we niet kennen. Geen concerten, wedstrijden of zelfs repetities om naar uit te kijken. Ik vind het belangrijk dat we zorgen voor onze speel standaard terwijl we beperkt zijn. Er is veel advies op het internet en veel video's op verschillende social media-kanalen. Dit is mijn bijdrage en ik hoop dat het de lezers inspiratie geeft om de prestaties te behouden of zelfs te verbeteren ter voorbereiding op de tijd dat we de orkesten weer op gang kunnen brengen.
 
Tijdens mijn vele jaren als dirigent en leraar is een van de moeilijkste dingen om onder de knie te krijgen de kunst van het oefenen zelf. We weten dat we beperkingen hebben en dat het gemakkelijk is om ons te concentreren op kleine delen van onze techniek waaraan moet worden gewerkt, maar we zijn niet altijd in staat om onze hele techniek op te delen en aan alles te gaan werken. Ik ga proberen om je een persoonlijk oefenschema te geven. Ik haal mijn inspiratie uit verschillende bronnen. Een daarvan is een boek genaamd 'The Trumpet' van Howard Snell. Een heel interessant boek dat ik absoluut kan aanbevelen!
Voor de doeleinden van dit artikel wil ik doen alsof je een eerstejaars student bent aan een conservatorium ergens in het land. Als jouw leraar zou ik je vertellen dat ik van je verwacht dat je drie uur per dag oefent. Je vraagt ​​je af hoe je dat in hemelsnaam kunt bereiken. Het gaat er niet om dat je drie uur kunt spelen. Het gaat er meer om de tijd efficiënt en effectief door te brengen. Eerst moeten we de basisregels vastleggen. Ik wil dat je in drie blokken van een uur werkt. Laten we zeggen 10:00-11:00, 11:30-12:30, 14:00-15:00.
 
Het eerste uur is gericht op de hele techniek, het tweede op het deel van je spel dat je als het zwakst beschouwt en het derde uur op band- of solo-repertoire. Dat stuk wat je altijd al een keer had willen spelen, maar niet durfde te doen.

Laten we eens kijken naar het eerste uur. We gaan je speeltechniek in tien afzonderlijke blokken verdelen. Het is belangrijk dat je jouw training bijhoudt en ervoor zorgt dat je geen overuren maakt. Dat betekent dat je niet meer dan 6 minuten hebt om je te concentreren op elk gebied van je spel. Waarom is timing belangrijk voor jezelf? Het geeft je een gevoel van urgentie over wat je doet in plaats van zonder richting door je praktijk te dwalen.
 
De tien aandachtsgebieden in willekeurige volgorde van belang zijn de volgende:
Ademen
Toon - geluidskwaliteit
Lipflexibiliteit
Bereik
Opmerking productie
Dynamiek
Ritme
Vinger - schuif techniek
Omzetting
Sight Reading
 
In zes minuten moet je één of twee oefeningen vinden die passen bij het focusgebied, ze dan spelen en jezelf een simpele vraag kunnen stellen. "Heb ik de oefening precies zo uitgevoerd als ik wilde?" Als het antwoord ‘ja’ is, ga dan verder, als het antwoord ‘nee’ is, moet je jezelf nog een paar vragen stellen. "Wat ging er mis? Hoe kan ik dit oplossen?" Maak een plan en speel opnieuw. Door iedere keer die vragen door te nemen gaan de zes minuten snel voorbij. Tegen de tijd dat je aan het einde van het eerste uur van oefenen bent, heb je elke hoek van je techniek tot in detail bekeken en onderzocht. Dit vormt een uitgebreide 'warming-up' of een diagnostische gezondheidscontrole van je techniek.

Na een pauze, kom je terug voor het tweede uur. Dat richt zich op je zwakste speelgebieden en dus wordt het persoonlijk! De lijst met 10 onderwerpen hierboven staat in een bepaalde volgorde. Jij moet nu beslissen welke van de aandachtsgebieden je zwakste schakel is. Herschrijf de lijst bovenaan beginnend met je zwakste onderwerp en dan die met de volgende zwakste totdat je onderaan eindigt met je sterkste onderwerp. Dit is je eigen zelfbeoordeling van jouw techniek. Het tweede uur van je oefendag moet worden verdeeld over je zwakste twee onderwerpen. Na een tijdje, wellicht een week of twee, doorloop je het zelfevaluatieproces opnieuw en een ander onderwerp kan tot het zwakste deel van je algehele techniek behoren.
 
Door gedurende een langere periode echt aan de zwakste onderwerpen van jouw techniek te werken, verbeter je jezelf. Door de zelfbeoordeling regelmatig te roteren, zorg je ervoor dat je op verschillende delen van je spel gaat concentreren. Je hebt geen goede redenen nodig om dingen te veranderen, maar het houdt je tenminste geïnteresseerd.
 
Na een wat langere pauze staat het derde uur in het teken van je bandrepertoire en of je solo - recitalstukken. Neem ook wat tijd om te kijken naar iets dat je altijd al wilde proberen. Zorg ervoor dat je dat 'wat als'-stuk opneemt. Push jezelf een beetje. Het drie uur durende oefenraamwerk is vrij methodisch van aard, maar het is ook erg flexibel en past in ieders dagelijkse routine.

In plaats van drie uur per dag opzij te zetten, zou je die tijd kunnen halveren tot drie sessies van 30 minuten, dus 3 minuten over elk onderwerp, gevolgd door 15 minuten over elk van je zwakste onderwerpen en 30 minuten over repertoire. Door dit tot een minimum te beperken, kun je dit raamwerk gebruiken en het over een week verspreiden. Sessie 1 op maandag gedurende 30 minuten, sessie 2 op woensdag gedurende 30 minuten en sessie 3 op vrijdag gedurende 30 minuten. Het mooie van dit systeem is dat het jou, de speler, duidelijkheid geeft. Je weet altijd wat je hebt gedaan, wat je doet en wat je vervolgens moet doen. Ik geef lessen via Messenger of Skype en ik nodig je uit om contact met me op te nemen als je interesse hebt om wat tijd door te brengen. 
 
Russell Gray is een van de meest gerespecteerde en succesvolle dirigenten en cornetspeler in de brassbandwereld. Hij heeft zes solo-opnames uitgebracht, die allemaal lovende kritieken kregen. Daarnaast besteedt hij veel van zijn tijd aan het werken met jonge muzikanten.