GSF 2019 Fanfares 4e divisie Gouden Spiker voor OpMaat – Berltsum

Uitslag 4e divisie

Totaal programma:
Gouden Spiker: OpMaat – Berltsum
Sulferen Spiker: Nij Libben – Witmarsum
Brúnzen Spiker: De Bazuin – Groningen

Verplicht werk:
1e prijs: Nij Libben – Witmarsum o.l.v. Andries Kramer
2e prijs: OpMaat – Berltsum o.l.v. Gatse Hylkema
3e prijs: De Bazuin – Groningen o.l.v. Johannes Weening

Solisten:
1e prijs: Hilde Veninga – Sopraan saxofoon - Nij Libben – Witmarsum
2e prijs: Daniëlle Gombert – Altsaxofoon - De Bazuin – Groningen
3e prijs: Jaap Akkerman - Trompet - OpMaat – Berltsum

6. De Bazuin – Groningen o.l.v. Johannes Weening
Verdienstelijke uitvoering met geweldige soliste
De mars Red & Black is een populaire keuze bij veel fanfares. Deze Bazuin, ook in het rood en zwart, zet de mars goed neer, al zijn er passages die minder uit de verf komen zoals de bridge in het trio. Vaste rots van mijn behoud begint mooi sonor. Dirigent Johannes Weening weet een duidelijk muzikaal stempel te drukken op de score. El Artiste Saxofonico is een tour de force voor de altsoliste. In Daniëlle Gombert heeft de band een getalenteerd soliste in het orkest die dit werk naar haar hand zet. Geweldig om naar te luisteren.

Tinco krijgt een ingetogen start, niet geheel samen en niet geheel zuiver. Het Energico begint wat overhaast en de articulatie wordt in het vervolg hier en daar indirect. De overgang van Ergico naar Tranquillo komt hier het dichtst bij de score. Goede bijdragen van bugel, sopraansax en trompet. De stemming wordt bij de overgang naar de mars minder. Het poco meno mosso klinkt wat triolerig. 

Red & Black - Marco Middelberg 
Vaste rots van mijn behoud - Arr. Daniëlle Gombert 
El Artiste Saxofonico - Leon Vliex - Soliste: Daniëlle Gombert – Altsaxofoon 
Tinco - Rob Goorhuis 

5. Nij Libben – Witmarsum o.l.v. Andries Kramer
Nij Libben zorgt voor een nieuwe kijk op Tinco, heerlijke solo in fraai programma
Mooie opbouw in het eerste werkje Prayer of St. Gregory. In het tutti zijn wel vergissingen hoorbaar. Tinco krijgt een mooie intro met een berceuse die op een vreugdevolle manier de slaap verwekt. Mooi gedaan. Het Energico heeft mooie lijnen waardoor de muziek stroomt. Goed op weg met een veelbelovende uitvoering, maar dan is ook hier het Tranquillo het deel dat roet in het eten dreigt te gooien. De zuiverheid in het lage koper laat te wensen over. In de voortzetting is weer veel goeds te beluisteren, maar de problemen keren ook aan het einde van het Tranquillo terug. De mars is ritmisch precies, maar het poco meno mosso haalt die precisie niet. Het slot is bijna samen. Een uitvoering met veel mooie momenten.

Nuits Blanches, of te wel slapeloze nachten, is een lekker swingende solo met een langzaam middendeel en een tango op het einde. Uitstekend gespeeld door Hilde Veninga. Nij Libben besluit met de Leger des Heils mars Dalarö van een zeer jeugdige Edward Gregson. Onlangs door Jan Bosveld bewerkt voor fanfare. 

Prayer of St. Gregory - Sebastiaan Temple, arr. Marten van der Wal 
Tinco - Rob Goorhuis 
Nuits Blanches - A. Crepin, bew. K. Veen- Solist: Hilde Veninga – Sopraan saxofoon 
Dalarö - Edward Gregson, arr. Jan Bosveld 

4. Harmonie – Weidum o.l.v. Ria Fennema
Andere benadering van de Berceuse werkt
Gresford , het mijnwerkerskoraal, is door Harmonie Weidum gekozen als langzaam werk. De fanfare weet dynamisch mooie verschillen te maken, maar het gaat wel ten koste van de zuiverheid en het samenspel. Castell Coch gaat bij dit orkest op herhaling. De precisie ontbreekt in verschillende secties waardoor het slordig wordt en de balans continu verandert. Koper en saxen lossen elkaar af, waar toch samenspel bedoeld is. Dicky Zijlstra is de soliste op trombone in The Wind Beneath my Wings. Met een mooie toon creëert ze een sfeertje. 

De opening van Tinco krijgt hier een veel minder dansachtig karakter en dat is gezien het voorgeschreven tempo nog niet zo opzienbarend. Het Energico is dansachtig van karakter. Ook deze dirigent kiest ervoor om het Tranquillo even apart in te zetten, terwijl het niet in de score staat genoteerd. Het laatste gedeelte van het Tranquillo mist een beetje richting. De mars is stijlvol, wat dik gearticuleerd in de begeleiding.  

Gresford - Robert Saint, arr. Bruce Fraser 
Castell Coch  - T.J. Powell 
The Wind Beneath my Wings - Larry Henley, arr. Marten van der Wal - Solist : Dicky Zijlstra – Trombone 
Tinco - Rob Goorhuis 

3. Jeduthun – Sellingen o.l.v. Wim Meesterman
Te veel ongelukjes in uitvoering Jeduthun
Dirigent Wim Meesterman heeft zich blijkbaar laten inspireren door het verhaal van Tinco en daar muziek bij gezocht. Fanfare, Dance en Choral is muziek van Giovanni Gastoldi uit de tweede helft van de 16e eeuw sluit mooi aan op de opening van Tico. Het verhaal van de Friese jonker volgt. Het orkest heeft even nodig om te settlen. De Berceuse wordt ingetogen gespeeld, de overgang naar het Energico is wat plots. Het ensemblespel is op enkele plekken niet samen. In het Tranquillo is het de zuiverheid die de aandacht vraagt. Er gebeuren wat kleine ongelukjes, soms herhalen ze zich ook. De mars is ritmisch niet precies en aan het einde verloopt het een beetje.

Backgammon is een fris duet van trompet en euphonium. De solisten gaan lekker van start, maar het samenspel stokt even. In de begeleiding van het orkest is het onzeker en onzuiver en dat helpt de solisten niet. Dan tenslotte de mars Punchinello, mogelijk gebaseerd op de komische ober Punchinella uit de Italiaanse komische opera. De dirigent kiest met zeker 126 tikken per minuut een ambitieus tempo. De technische details vallen daardoor weg en de uitvoering boet in kracht in in het trio.

Fanfare, dance and choral - Giovanni Gastoldi, arr. Henk van Belcum 
Tinco - Rob Goorhuis 
Backgammon - Rob Balfoort - Solisten : Richard Wellens – Trompet, Wim van der Burg – Euphonium 
Punchinello - William Rimmer 

2. Nij Libben – Koudum o.l.v. Jeanette Valkema
Nij Libben groeit in de uitvoering
Met Mercury wordt gelijk veel gevraagd van het orkest. Lang niet alles krijgt de bedoelde uitvoering door de blazers en slagwerk. De Elegy is prachtige muziek, goed gekozen en de intensiteit van de muziek kwam zeker over. The Bombastic Bombardon krijgt een uitvoering van Egbert Mulder waarin de humor van het werkje helemaal wordt geraakt.

Nij Libben heeft Tinco tot het slot bewaard. Berceuse start mooi in een verende stijl. Het samenspel sluit niet overal. Het Energico is mooi op tempo. Aan het einde ook hier wat vlekjes. In het Tranquillo goede bijdragen van bugel, sopraansax en trompet. Wat kwetsbare plekken in de aanloop van de mars, ook in het fortissimo. De mars is stijlvol, iets te hoog in tempo in het poco meno mosso, daarna misschien iets te zwaar gespeeld, maar met een effectief einde. 

Mercury - Jan van der Roost 
Elegy on the RAF Theme - H.B. Hingley 
The Bombastic Bombardon  - Edrich Siebert - Solist : Egbert Mulder – Esbas 
Tinco - Rob Goorhuis 

1. OpMaat – Berltsum o.l.v. Gatse Hylkema
Verschillende stijlen goed getroffen
De 4e divisie heeft vandaag 6 deelnemers. OpMaat heeft als eerste geloot. In The Lights of Europe laat de fanfare veel detail horen, gecontroleerd spel en een balans waarin de saxgroep iets minder naar voren kwam. Deep Harmony geeft de saxgroep gelukkig wel de kans. Mooie momenten hier.

De inzet van Tinco, het nieuwe verplichte werk van Rob Goorhuis, is een lastig moment voor OpMaat. De Berceuse heeft even nodig om comfortabel te worden voor het orkest. Daarna komt het goed tot zijn recht. Met het Energico weet het orkest wel raad, al zijn er op het einde wat vlekjes. Het Tranquillo blijft iets boven het tempo. De mars heeft veel karakter. In de mars blijft het poco meno mosso iets onder het tempo. De ritmiek is niet in elke sectie even precies. Een goede eerste kennismaking met dit werk, met veel verschillende stijlen. 

Jaap Akkerman is de solist in Introduction & Modern Beat. Een lekker licht stukje, uitdagend voor de trompettist tot de laatste noot. 

The Lights of Europe - Harm Evers 
Deep Harmony - Handel Parker, arr. Willem Flisijn 
Tinco - Rob Goorhuis 
Introduction & Modern Beat - Dizzy Stratford - Solist : Jaap Akkerman - Trompet 

Loting 4e divisie
1. OpMaat – Berltsum o.l.v. Gatse Hylkema 
2. Nij Libben – Koudum o.l.v. Jeanette Valkema 
3. Jeduthun – Sellingen o.l.v. Wim Meesterman 
4. Harmonie – Weidum o.l.v. Ria Fennema 
5. Nij Libben – Witmarsum o.l.v. Andries Kramer 
6. De Bazuin – Groningen o.l.v. Johannes Weening 

Eerste orkest op het podium: 14:30 uur
Jury: Rob Goorhuis en Jan de Haan
Verplicht werk: Tinco - Rob Goorhuis
Een Friese Jonker in de Oriënt 
In de berceuse waar het stuk mee opent horen we zowel de vader als de moeder hun credo zingen. De vader hoopt op een opvolger als belangrijk bestuurder en directeur van de Opsterlandse Veenkolonie. De moeder ziet in hem graag háár idealen verwezenlijkt: het maken van verre reizen en het ontdekken van vreemde culturen. Dit spanningsveld wordt op subtiele wijze weergegeven.  
In de tweede episode maakt de jongen zich los van zijn vader en ruilt hij zijn rechtenstudie in voor de studie oosterse talen en ontstaat de honger naar kennis van vergane culturen.   
De derde episode verklankt zijn bezoek aan het Midden-Oosten, waar hij vele schatten ontdekt en een grote hoeveelheid kunstobjecten naar Beetsterzwaag laat verschepen. Die stelt hij daar tentoon in zijn Museum voor oudheden en oosterse kunst. Tijdens zijn verblijf in Jeruzalem bekeert hij zich tot het katholieke geloof. 
In 1872 vertrekt Tinco naar het Zuid-Franse Cannes, waar hij de rest van zijn leven zal slijten als rentenier. 
Tinco Lycklama heeft in zijn jeugd een muzikale opvoeding genoten en was een niet onverdienstelijke pianist. Voor zijn instrument schreef hij ook enige muziekwerken, waaronder de Marche Triomphale ‘Les Gardes de Persepolis’. Met deze mars wordt de compositie afgesloten. De oriëntaalse invloeden zijn beperkt gebleven. Deze muziek ademt eerder de Frans-patriottische stijl die midden 19de eeuw gangbaar was. 
 
De composities ‘Tinco’ en ‘Sickles and Scythes’ werden in de periode september/oktober 2018 geschreven voor het Gouden Spiker Festival 2019. 
Het thema van deze werken is ‘rijkdom en armoede’. Tinco Lycklama leefde zijn hele leven in puissante rijkdom en de Hollandgänger leefden voor het merendeel in armoede in dienst van de rijke Hollanders.  
Daardoor zijn er twee heel verschillende werken ontstaan, waarin het contrast tussen deze facetten van de maatschappij beeldend tot uitdrukking komt.